"Wat verdient die en die? Heel veul"
Op het moment dat Cees Fouchier begon met werken op de afdeling Boekhouden, werden de processen net geautomatiseerd. De salarisadministratie werd op strookjes uitgerekend. Wie hem de vraag stelde wat een medewerker verdiende, kreeg het antwoord: "Veul". Was men nog een tikje nieuwsgieriger en werd naar het salaris van een directielid gevraagd: "Heel veul".
In 1991 voegde Hugo Smet zich als laatste van het gezelschap van vandaag bij de groep medewerkers. De aannameprocedure nam wat tijd in beslag en verliep daardoor ook zorgvuldig. "Bij de afronding moest ik naar meneer Karel in Poppel, dat werd een leerzame en gezellige avond met veel wijn, Karel was een fijne man, de opa van de zaak." Hugo omschrijft de organisatiestructuur als plat, met weinig lagen en korte communicatielijnen. "Die periode breidde Fabory steeds verder uit. Doordeweeks werkte ik in Tilburg en in het weekend vloog ik naar Praag, Boedapest of Warschau om nieuwe medewerkers aan te nemen."
Langzaam maar zeker werden de systemen waar al deze andere landen op draaiden, aangesloten op de centrale computer in Tilburg. Daar kwam er uiteindelijk eentje bij. Hans: "Dat de ene computer de andere kon overnemen, was in die tijd al een hele stap."
Het gevoel van een familiebedrijf was op verschillende manieren merkbaar met goede primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden. Nieuwe collega's moesten binnen een straal van dertig kilometer van Fabory komen wonen. In de zomerperiode waren altijd extra handen nodig en de hulp kwam nooit van ver: kinderen van medewerkers verdienden tijdens hun vakantie steevast een extra zakcentje in het magazijn.
Persoonlijk betrokken
Moesten systemen worden uitgebreid of vervangen, dan werden daarvoor dagen rondom Pasen, Hemelvaart of Kerstmis gekozen. De maandag erop moest alles weer draaien. Hans: "De familie Borstlap kwam op die momenten altijd een kijkje nemen. Zat de klus erop, dan was er voor iedereen te eten." Met een verjaardag ontvingen medewerkers een VVV-bon en als het even kon, kregen ze die persoonlijk uit handen van John Borstlap. Hoogtepunten waren de jaarlijkse kerstviering en de barbecue in de zomer.
Dat de mannen elkaar deze maandag aan de Lauren Janssensstraat treffen, is een uitzondering. Tegenwoordig treffen ze elkaar niet meer hier, maar in de seniorenvereniging van Fabory. Die telt nu bijna honderd leden. Buiten coronatijd komen ze graag samen voor een drankje op de Oude Markt in Tilburg. 75 jaar Fabory was een mooie aanleiding om samen terug te blikken, maar deze vier mannen doen dat toch wel. Hun tijd bij Fabory heeft voor een warme, familiaire vriendschap gezorgd.